woensdag 23 oktober 2013

nieuw seizoen


We starten weer met een nieuw seizoen met de vrouwengespreksgroep.
Een klein groepje vrouwen dat zich gaat buigen over I Petrus.


Wat eten we vandaag?
Wat hebben we vorige week vrijdag gegeten?

Eten, het is belangrijk voor ons. Zonder eten hebben we geen leven. Iedereen weet dat je door het verbranden van je voedsel energie krijgt om te leven. Zonder verbranding, geen leven.

Eten, het is belangrijk voor ons en toch weten we vaak de andere dag al niet meer wat we hebben gegeten.

Eten, zo belangrijk en toch vaak een bijzaak.

Eten, lekker aan tafel met geliefden om je heen. Belangrijk eten. Duur eten, ja dan weten we het nog wel. 

Eten, tussendoor. Haastig en ongeduldig verslikken we ons en toch...

Eten, zo belangrijk. Zonder eten zouden we niet verder kunnen. Zonder de maaltijden van vorige week, vergeten en verwerkt, zouden we vandaag niet functioneren.


De Bijbel, het woord van God.
De Bijbel, God spreekt tot ons, maar.....

We voelen niets. Het glijdt zomaar langs ons heen.

De Bijbel, stilletjes voor onszelf. Waar ging het ook alweer over. God spreekt, maar er klinkt niets in mijn oren.

Nutteloos, snel tussendoor. Bijbel dicht, verder met het leven.

De Bijbel, het woord van God verdwijnt soms als een bijzaak tussen onze dagelijkse beslommeringen.

Toch moeten we eten.

Toch moeten we ons voeden.

Als we er zijn, krijgen we daar de kracht voor. Kracht die we hebben geput uit het voedsel van de week ervoor. Voedsel waar we de naam niet meer van weten. Wat hebben we vrijdag ook alweer op???? Toch was dit voedsel nodig om te presteren, ook een week erna.
Het Woord, zo belangrijk. Zonder dat woord, dat we vorige week vluchtig hebben gelezen, zouden we vandaag niet functioneren.

Zonder voedsel geen leven. Zonder Gods woord geen warmte.

De christendoorn. Een plantje getooid met doornen, werd in bijbelse tijden gebruikt om de wijngaarden en akkers te beschermen tegen dieren. Het is een woestijnplant en zodoende is ie niet stuk te krijgen. Geef je hem een tijdje geen water? Het deert hem niet. Hij wordt er niet mooier op zonder verzorging, maar pak je de draad weer op, dan verrast hij je met zijn pittige oranje-rode bloemetjes. Wat overigens geen bloemen zijn, maar schutblaadjes.

Een plant heeft verzorging nodig om tot volle wasdom en bloei te komen. Elke week een scheutje. Soms in geen weken verschil te zien en dan ineens is daar een knop. Het resultaat van gewoon blijven gieten.

Elk willekeurige plantje zou voor dit doel kunnen worden gegeven, maar deze draagt de toepasselijke naam ‘christendoorn’ en zal je daarom telkens herinneren aan de voeding die je tot je dient te nemen. Letterlijk en figuurlijk.


Het goed onderhouden van je bloemenpracht zal je rijkdom geven. 

Eten en blijven eten. Lezen en blijven lezen.


Het Woord. Soms lijkt het zo zinloos. Vaak doet het ons niets. Een boek met verhalen die over anderen gaan. God bemoeit zich met iedereen, behalve met mij... waar bent U....? Hij voedt ons ongemerkt. Brok voor brok stopt hij in onze monden. Vult ons, zodat we door kunnen. 


Het studieboekje.....een boekje....vol recepten. Proef ze vooraf. Lees ze door. Maal erover. Wanneer we dan in de groep zitten kunnen we vergelijken. Proeven van elkaars bevindingen. Een tafel vol voedsel.

Zo kunnen we de reis aanvaarden. Een nieuw seizoen in.


(De kringleden van dit seizoen krijgen een christendoorn.)

Dit plantje krijg je....maar mocht hij het seizoen niet overleven dan eis ik compensatie.

De tafel met in folie verpakte plantjes

zaterdag 10 augustus 2013

zomer


En dan is het zomer. Eindelijk mogen we gaan genieten van een zee aan vrije tijd. Dit jaar geen verre reis. Geen kilometers over het asfalt, maar gewoon in Zeeland op onze eigen zeilboot. Het is een oudje, voor de kenners een Westerly Centaur uit 1974, maar hij doet het nog goed. 

Zeeland. We varen vanaf 1994 over het geliefde water van deze provincie. Woensdag was een zeildag bij uitstek. We voeren vanuit Kortgene aan het Veerse Meer, de sluis door en belanden op de Oosterschelde. Kenmerkend voor deze sluis zijn de 3 tweeonderéénkap woningen. De zon scheen helder. Prachtige ‘mooi weer’ wolkjes tekenden wit tegen het helderblauw. Dat zijn de mooiste momenten van een zeilvakantie. Een strak windje doet ons de zeilen snel hijsen. Motor uit, en rust. Slechts het geluid van de wind en het opspattende water beroerd onze oren. Het licht is zo mooi, het is zo helder, ik moet plaatjes schieten.

Op mijn rug op het dek, op de voorplecht. Genieten in de ware zin van het woord. Niets is nodig. Enkel en alleen het licht, van onze Schepper gekregen, om je heen. De Schepping op z’n mooist. Een gevoel van genade die je krijgt in één oogopslag.


bascule brug / sluis Veerse meer




liggend op het dek

de zon straalt






Gewoon héél véél blauw

kikker van de fokkeschoot

de fokkeschootlier.....

voeten en foto....made bij dochterlief

de sluis gaat open....alle zeiltjes worden direct gehesen

varend door het Havenkanaal van Goesche Sas naar Goes
twee zeilmasten in perfect perspectief met de zendmast

maandag 22 juli 2013

rode tassen



Daar gingen we dan. Op kledingjacht voor zoonlief. Gevieren, zoon, schoondochter, dochter en ik zei de gek. Manlief had andere bezigheden. Nou, de dames zouden dat varkentje wel eens even wassen.

De eerste de beste trendy kledingwinkel werd aangedaan. Er is overal volop ‘sale’. De koopjes vliegen om je oren. Ook bij zoonlief, die zich in het zweet werkte in de kleedkamer, vloog van alles om zijn oren. Drie vrouwen die naarstig door de rekken gingen  en een ‘gewillige’ man achter het gordijn. Oh, wat hadden wij een pret. Of dat ook voor zoon gold, ach dat deed er niet zoveel toe. De rekening werd betaald door het slachtoffer en uiteindelijk verlaten wij het pand met twee volle ‘rode’ tassen met shirts, overhemden, lange en korte broeken. Lopend naar de uitgang valt mijn oog op een prachtige top. Even passen over mijn hemdje heen en ook ik ben een kledingstuk rijker.

Inmiddels rammelen de magen en schuiven we aan in een pittoresk pannenkoeken restaurantje in het centrum van de stad. We bespreken de aankopen en onder het genot van een heerlijk baksel prijzen wij ons gevieren gelukkig met de praktische en leuke aanwinsten. Verzadigd verlaten we de eetgelegenheid om nog wat na te shoppen.

Ik draag mijn kleine tasje van de kledingzaak en drop deze bij één van de grote tassen. Zo, heb ik lekker mijn handen vrij. Bij een sportzaak koop ik duikbrilletjes voor manlief en mijzelf. We zwemmen tegenwoordig elke week trouw baantjes en vooral ik heb veel last van het chloorwater. Ik krijg een prachtige ‘rode’ tas. Schoondochter koopt een zonnebril en we verlaten het pand. Op naar de volgende winkel. Er worden nog schoenen gekocht en uiteindelijk doen we nog een boekenwinkel aan, waar schoondochter een paar leuke voordelige kookboekjes aanschaft.

We hebben het wel weer gehad met het ‘statten’ en zetten koers naar de parkeergarage. Schoondochter checkt in gedachten nog even de ‘tassenbende’. Twee rode tassen en twee witte tassen. Compleet. Zoon en schoondochter zetten we thuis af en dochter en ik rijden naar huis. 

Manlief is inmiddels terug van zijn bezigheden en ik wil hem mijn nieuwe aanwinst showen. Helaas, die zit in de tas bij schoondochter. Dan laat ik mijn slimme aankoop zien. Duikbrilletjes, goed hè. Aangezien we toch gaan barbecuen bij onze zoon zal hij straks mijn supertopje wel zien.

Helaas, bij aankomst blijkt dat de tas onvindbaar is. Zoon en schoondochter keren het huis, maar nergens is de tas te vinden. We zijn ten einde raad. Er zit uiteindelijk voor een klein kapitaaltje aan kleding in de rode rakker. Hoe kan dat nou. Er waren toch twee rode tassen? Ja, maar het hadden er drie moeten zijn. Twee kleding en één met brilletjes. Waar is hij blijven staan. Hoe gaat dit goed komen.

We kunnen er even niets aan doen en gaan heerlijk barbecuen. Schoondochter heeft haar best gedaan. Lekker vlees, stokbrood, salade en sangria met vruchtjes waar mijn hoofd van ging zweven.

Een lange zondag breekt aan. We kunnen niet bellen naar de zaak waar we denken dat het systeem in het honderd is gelopen. Schoondochter slaapt er slecht van en zodoende zoon ook. Een tobbende vrouw in bed is geen pretje. Gelukkig wordt het uiteindelijk gewoon maandag en al snel heb ik het eerste sms je. Hoe zouden we zonder kunnen.
Schoondochter: ‘JJJeeeehh de tas lag nog bij de Perry’ / Zoon: ‘Kleding gevonden!!!!!’ / Zoon: ‘Bij de Perry’. Wat waren die twee blij. 
En ik? Ach ik zat er niet zo mee. We waren gezond weer thuis, hebben heerlijk gebarbecued. Ik overleef het verlies van een kledingtasje wel, maar zo’n gezellig weekend met ‘het spul’ is uiteindelijk onbetaalbaar.


woensdag 19 juni 2013

koeien...!!??



twee onbekende dames..

Om de twee weken op woensdagmorgen komen wij als groepje vrouwen bij elkaar. Aan de hand van een boekje, elk seizoen een ander, verkennen wij de Bijbel. Geen onderwerp wordt geschuwd. Geen brug te ver, geen berg te hoog. Zo goed als alles kan ter discussie worden gebracht. Dan is het seizoen ten einde. Nog éénmaal komen we bij elkaar, meestal in juni, en doen iets héél anders.

We vertrekken vanuit de woning van een deelneemster en we hebben een kleine inleiding...

Lezen:
Deuteronomium 6:1-3

Haasten, haasten vlug het fietsje uit de schuur
Op naar het werk, wat is het toch guur
Rugje gebogen tegen de wind
Het weer in de polder is ons niet altijd goed gezind
Drijfnat op je bestemming komen
Leef ik wel in het land van mijn dromen?

                          .....

Zon straalt uit een blauwe koepel
Zoevend glijdt mijn fiets héél soepel
Koeien liggen te herkauwen in het gras
Dan voel ik me in mijn sas
Dit is onze polder, ons thuis, gekregen van de Hoogste Koning
Wij mogen genieten van dit land, overvloeiende van melk en honing

Koeien, tekens van onze overvloed
Is het sleutelwoord wat je onthouden moet.....


De dames weten nog niet wat hen te wachten staat. We komen aan bij het restaurant waar de activiteit wordt verzorgd en bij binnenkomst is het duidelijk wat de ochtend ons gaat brengen...koeschilderen!

Eerst een ‘koppie koffie’ met een appelpunt, en daarna mogen we plaatsnemen aan een tafel die reeds gedekt is met de benodigde koeien. Kaal en ongeroerd staan ze erbij. Kwasten en verf wachten op actie. Er wordt héél wat afgegiebeld, maar langzaam maar zeker wordt het stiller. Ieder buigt zich met overgave over haar koe en kleuren komen tot leven op de papieren herkauwers.

De één doet bloemen, de ander vlakken. Ik tracht de polder vast te leggen. Het stralende blauw in de kleine sloten. Het groen van de weilanden en de karakteristieke knotwilgen. Het is me uiteindelijk best wel gelukt. Wanneer iedereen klaar is met haar meesterwerk tijgen we terug naar de woning van Rita. Ze heeft een overweldigende lunch voor ons bereid. Aardappelsalade, hartige flapjes uit de oven, broodjes met allerlei beleg, soep en heerlijk fruit. We babbelen nog wat na en dan zit de ochtend er op. Het was super.

Dus, doe eens wat anders met je gespreksgroep, broeders en zusters, familie, vrienden. Zo’n workshop is echt aan te bevelen.

En dan nog de koeien....


Daar zitten we dan



De koeien

Nog meer koeien

koe van Rita....

koe van mij....

koe van Tineke

maandag 3 juni 2013

kroket met friet


Een kennis van mij was met haar kleinzoon in de kerk. Het Heilig Avondmaal werd gevierd en de jongen, die niet christelijk wordt opgevoed, vroeg wat dit betekende. Zij vond dit lastig uit te leggen. Naar aanleiding hiervan heb ik het volgende verhaal geschreven.

  Joris, Seth en Maarten. Drie gezworen vrienden. Ze deden van alles met elkaar. Vooral reizen. Ze trokken door de hele wereld. Soms gingen ze naar de bergen. Soms naar een rivier en soms doken ze de bossen in of liepen op het groene gras. 

  Het dorp waar ze woonden was niet zo groot, maar voor hen was het de hele wereld. Aan de rand van het dorp werd een nieuwe wijk gebouwd en de zandhopen waren hun bergen. Je kon ze beklimmen. Je kon er vanaf rennen en het gevoel hebben dat je vloog. Achter de dijk stroomde de rivier, waarop schepen uit alle windstreken langs gleden en hun lading naar verre oorden brachten. En als je een klein stukje tussen de huizen door fietste kwam je uit op een weggetje dat tussen de weilanden door eindigde in een bos. 

  Ze beleefden veel avonturen. Ze speelden bij de rivier en fantaseerden dat ze de grootste vissen vingen. Zo groot, dat je het niet eens aan kon wijzen hoe groot, want zover konden je armen niet uit elkaar. Dan moesten ze natuurlijk een vuurtje stoken in het riet om de vissen op te kunnen bakken. Dat leek wel het belangrijkste. Eerst een vuurtje en dan op vissenjacht. Jammer dat dan net de politie langs reed. Een agent met zijn pet in de hand kwam dan de dijk af dalen. “Hė jongens, uit dat vuurtje.” Ja, als je ze niet kan bakken, is er ook geen lol aan om ze te vangen. 

  Een andere dag gingen ze naar een weiland. Ze hadden een vlot gemaakt dat verscholen onder de takken van een treurwilg in de sloot lag. Ze staken met het vlot de sloot over en liepen naar de koeien die daar stonden. Dat was super spannend. De koeien veranderde in wildebeesten. Dit zijn woeste kudden dieren volgens Seth. Hij had dat al eens gezien op televisie in een natuurfilm. Soms kwam er ėėn of meerdere koeien achter je aan. Dan moest je rennen voor je leven. 

  Tenslotte gingen ze aan het eind van de middag naar de bossen. Liefst in de winter. Ze trapten vol spanning de trappertjes rond van hun fietsjes en terwijl het dan al een beetje donker werd liepen ze tussen de bomen door. Dat was best wel griezelig, maar gelukkig was Maarten niet zo bang. Hij zei, dat God er altijd bij was. En God, die zou er wel voor zorgen dat ze weer thuis zouden komen. Seth en Joris deden het bijna in hun broek, maar Maarten was best wel stoer. Je kon wel zien dat hij het ook eng vond, maar hij raakte nooit in paniek. Nou, Seth en Joris wel hoor. Als er soms een raar geluid klonk, dan gingen ze achter een boom zitten en maakte zich zo klein mogelijk. Maarten was gewoon te nieuwsgierig om zomaar weg te kruipen, hij deed wel heel voorzichtig, maar ging toch op onderzoek uit. En meestal was het dan ook niks. 

  Joris, Seth en Maarten, altijd bij elkaar, altijd op reis, van ‘s morgens vroeg tot ‘s avonds laat. En als ze naar school moesten, de hele middag tot aan het avondeten. Zodra de klok van de grote kerk 6 keer zijn klinkende slagen liet horen, was de pret voorbij. Werden de motoren van hun fietsen gestart. Dan gingen ze alledrie naar hun eigen huis. 

  Eén keer in de week kregen ze zakgeld. Joris spaarde voor een videospelletje, Seth moest gewoon van zijn moeder de helft in zijn spaarpot doen. Maarten had eigenlijk niets om voor te sparen. Maarten was eigenlijk ziek. Dat kon je niet aan hem zien, maar hij had een ziekte. Seth en Joris wisten niet precies wat het was, iets met zijn nieren of zo. Hij kreeg altijd van tantes en omes leuke kadootjes. Maarten vond dus dat hij niet hoefde te sparen. Hij had eigenlijk maar één wens. Elke week opnieuw. 

  Hij was gek op kroketten. Door zijn ziekte moest hij eigelijk best opletten wat hij at, maar elke week ging hij van zijn zakgeld een kroket met friet eten. Samen met Joris en Seth ging hij dan naar het cafetaria en bestelde het krokettenmenu. Ze gingen er dan lekker voor zitten aan een tafeltje en aten de snack op. Als er dan iemand naar binnen keek, zou hij niet kunnen geloven, dat dit de drie wereldreizigers waren. Rustig en met smaak verorberde ze het heerlijke maaltje. Zo ging dat elke week. 

  Joris, Seth en Maarten werden steeds groter. Joris verhuisde naar een ander dorp. Seth kwam op een andere school terecht, en Maarten ..?

  Jaren en jaren later was er een reunie van de school waar de jongens alle drie op hadden gezeten. Joris en Seth gingen kijken. Toen iedereen langzaam vertrok bleven Joris en Seth nog een beetje praten. Het ging zomaar opeens weer over Maarten. Het was inmiddels duidelijk dat hij overleden was. Ze vonden het raar om zomaar weg te gaan, want het was net of er iets miste deze dag. Maarten was er natuurlijk niet. Maarten was bij God. Dat had hij altijd gezegd: "Ik ga naar God." Oké geen Maarten, maar samen bedachten ze wat anders. Ze gingen naar het cafetaria. Ze hoefden allebei niet te verzinnen wat ze zouden nemen. Even later zaten ze achter een bordje met het bekende recept. En bij elk hapje was het net of Maarten een beetje bij hen was. Ze besloten dit elk jaar te doen, zodat ze Maarten niet zouden vergeten. En eens, als Maarten gelijk had, zouden ze elkaar vast wel weer zien.

vrijdag 31 mei 2013

vakantie Engeland 2e dag

Hurst Castle vanuit de lucht gezien

  Verder op de landtong, in het verlengde van ‘ons’ strand, ligt Hurst Castle en de tocht naar dit bouwwerk lijkt wel te doen. Flink de sokken erin en over een ‘dam’ lopen we heerlijk in het zonnetje. Samen met schoondochter loop ik voorop en we praten de volle drie kwartier door. Ver achter ons loopt de rest. Telkens draaien we ons even om; volgen ze ons nog? Ja, dus. 

  In de verte zien we het bouwwerk wat uiteindelijk niet veel weg heeft van een kasteel. Het blijkt een fort te zijn dat deel uitmaakt van een verdedigingslinie om de ingang naar Southampton te verdedigen. Het fort is oorspronkelijk gebouwd door Hendrik VIII en leek toen wel op een kasteel. Langzaam maar zeker zijn er steeds stukken aangebouwd en is het nu een langgerekt fort. We twijfelen of we het gaan bezichtigen. De tocht over de dam was best wel lang en het lopen op de kiezels niet comfortabel, maar er vaart een bootje terug naar het vasteland wat de tocht aanmerkelijk verkleint. We besluiten naar binnen te gaan. 



Het beginnetje van Hendrik VIII maquette....




En zo ziet het er nu uit...





   Het fort is groot en er staan 2 gerestaureerde kanonnen uit 1870. Het zijn zgn. 38 ponders. Als je naast deze giganten staat kun je je bijna niet voorstellen wat een kracht er vrijkomt als deze jongens in stelling worden gebracht en daadwerkelijk hun vernietigende kogels afschieten. Het geluid en de terugslag moeten enorm zijn geweest. De term ‘fabrieksdoof’ wordt hier in een belachelijk daglicht gesteld. Verder kijken we in allerlei kamers en ruimtes. Depots om, onder andere, de bommen op te slaan in de 2e Wereldoorlog. Benauwde kleine en donkere ruimtes, waar de gestalde materialen de nodige risico’s van hanteren met zich meebrachten. In elk gewelf is een kleine open haard, wat het geheel dan weer iets huiselijks geeft. 



Kenonne.....Wat een groot kanon was dat!


'Romantisch' z'on open haardje...





  Tijd om het hogerop te zoeken, dus we klimmen een wenteltrap op, komen in de privé vertrekken van de hoge heren, daarna nog een trap, en komen dan op het dak van een ‘toren’. De doorgang naar buiten is maar 1,50 m. hoog en er hangt een bordje met “mind your head”. Ik zie het niet, maar gelukkig ben ik niet zo groot en ontsnap aan een pijnlijke botsing met het beton. Schoondochter echter, die het bordje ook heeft gemist, is nou net dat koppie groter dan ik en botst vol tegen het venijnige gesteente. Tranen springen in haar ogen en zoon troost haar met verve. Ze is even de kluts kwijt en zit er beteuterd bij. Ja, dat komt aan, zo’n fortje. 

Een fornuis dat nog gerenoveerd moet worden.
Het komt niet zo over, maar dit geval was toch
wel 3 meter lang.


  Na alles zo’n beetje te hebben gezien gaan we naar het restaurantje, wat zich in een afgesloten ‘kanon-ruimte’ bevindt. Het weer is stralend, maar de wind koud en soms snijdend. Vol van zee, en dat gaat je niet in je kouwe kleren zitten, of wel...Het restaurantje is een heerlijk verwarmde oase. Het zal niet altijd kommer en kwel zijn geweest in deze gewelven. Wanneer het rustig was zal het best gezellig zijn geweest. Waarschijnlijk wel een strenge discipline maar genoeg te eten en warme vuren om de kilte te verdrijven. 

  Het menu is op een schoolbord geschreven en we bestellen thee en tosti’s. Het is even niet duidelijk en bijna hadden we met 5 koffie en 5 thee gezeten. Ik snel terug naar de balie en leg de bestelling nog een keer uit. Dan snappen we elkaar. De tosti’s mogen alles erop hebben, maar geen tonijn. Ik dacht dat er dan kaas, ham, komkommer en tomaat op zou zitten, maar nee...we krijgen met enkel ham, enkel kaas, bruin en wit brood door elkaar. We ruilen onderling, zodat iedereen een bruine boterham en een witte heeft. Eén met ham en één met kaas. Die kaas is zo lekker, dik en gesmolten...mmmmmm, dat gaat er wel in. 

  We hebben het hier wel gezien. Het is koud en we willen terug naar huis. In het fort hebben we een overzichtskaartje gezien en volgens manlief heeft het geen zin de boot te nemen, want dan moeten we nog een heel eind lopen. Dan maar weer gewoon terug over de dam. Iedereen loopt onderaan de dam in de luwte, maar ik loop bovenop. De wind suist om mijn oren, maar het grind is hier uiteindelijk beter begaanbaar dan onderaan. Het is een barre tocht en met het verstand op nul staar ik naar het doel, de piepkleine huisjes van Milford on Sea. Zo ver weg. Uiteindelijk worden de huisjes toch groter en komt het einde van deze wandeltocht in zicht.

Vanaf het dak van het oude gedeelte

zaterdag 25 mei 2013

vakantie Engeland 1e dag


  .....We hebben een reisje gemaakt naar Engeland. Een week met de hele bups in een auto gepropt. Gezelligheid ten top natuurlijk. Het zou niet interessant zijn voor een ieder om elk voorvalletje te lezen, maar we hebben genoeg meegemaakt om een kleine selectie te maken. Een greep midden uit de 1e dag. Overtocht Calais/Dover/autorit naar Milford on Sea.......

Het bekende aanzicht
The white cliffs of Dover




Het eiland wat je ziet is Isle of White.



   De typisch Engelse kust van Dover komt in zicht en na wat foto’s te hebben geschoten gaan we naar beneden naar de auto. Het is weer even wennen met dat links rijden, maar al snel heeft manlief de draad weer te pakken. We zijn een uur eerder over en vader en dochter hebben besloten de toeristische route te nemen langs de kust. Dat valt een beetje tegen. De zee kun je niet zien, daar zit een betonnen wering voor en de weg is druk. Veel verkeer en er lijkt overal wel wat te doen. We schieten geen zier op.



Snoephuisje langs de weg
Zomaar...




  De uurtjes gaan doorwegen en we krijgen toch wel honger en stoppen bij een bar restaurant. Het is een modern spul met in het midden een grote bar voor een grote glazen wand met flessen. Ruim en licht. We krijgen een lunchkaart en de ober, een wat oudere spraakzame man, vraagt wat wij willen drinken. "Thee, ijsthee en koffie", antwoorden wij. 
  “IJsthee?” vraagt hij, “Wat moet ik me daarbij voorstellen?” Dit kennen ze hier schijnbaar niet. Hij mompelt even in zichzelf en zegt dan “IJsthee met citroen denk ik en...” schoondochter knikt instemmend en hij zegt dat hij wat gaat brouwen. 

De ijsthee
  We horen hem doormompelen achter de bar terwijl hij druk doende is met een klein theepotje. Wanneer hij eindelijk klaar is komt hij ermee aan tafel en legt precies uit wat hij heeft gedaan. 
  “Eerst een laagje gekookt water, dan de theezak erin, zodat de ‘flavours’ vrij kunnen komen in het hete water. Dan het zakje eruit. Aanvullen met koud water. Citroen erin.” Het glas zit vol met ijsblokjes en volgens hem moet er nu veel suiker in. Schoondochter proeft en knikt verbaasd en instemmend. Dat is precies goed. De man glundert niet, dat kun je het niet noemen, maar heeft een professioneel en waardig lachje om zijn mond. Meer van, zo zou het moeten, punt uit. Hij neemt onze lunchbestelling op en haast zich weer weg.

  Nu is het wachten geblazen. Het duurt best wel even en dan komt de hij nog even langs om te zeggen dat alles ‘homemade’ is en het zijn tijd nodig heeft.

  Dan komen de broodjes. Geen hard stokbrood, maar lekker knapperig. 
Gesmolten kaas en lekkere gesmolten roomboter. een genot om te verorberen. Daarna komt hij vragen of we nog 'in' zijn voor een toetje. Het ziet er allemaal geweldig uit op de kaart, maar gezien de reis die we nog voor de boeg hebben, slaan we af.

Het laatste stukje van de lekkerste brownie ooit
  We drinken het laatste restje thee en dan komt hij alsnog langs schuiven met zijn chocolade brownie. We moeten hem proeven. Gratis met de complimenten van de zaak. Die van Harrods, het beroemde warenhuis in Londen, waren de beste, maar deze kok benadert de smaak volgens hem. En inderdaad, de lekkerste die ik ooit op heb. Cake struktuur bovenop, overgaand in een zompige bodem, waar je tand afdrukken in te zien zijn. Dan is het toch echt tijd om op te stappen en we haasten ons naar de auto om de kilometertjes te gaan vreten.





Aan het strand op 5 min. lopen van ons huisje.
Zelfde plek, maar dan met de zon in de rug. De overkant is Isle of White