Hurst Castle vanuit de lucht gezien |
Verder op de landtong, in het verlengde van ‘ons’ strand, ligt Hurst Castle en de tocht naar dit bouwwerk lijkt wel te doen. Flink de sokken erin en over een ‘dam’ lopen we heerlijk in het zonnetje. Samen met schoondochter loop ik voorop en we praten de volle drie kwartier door. Ver achter ons loopt de rest. Telkens draaien we ons even om; volgen ze ons nog? Ja, dus.
In de verte zien we het bouwwerk wat uiteindelijk niet veel weg heeft van een kasteel. Het blijkt een fort te zijn dat deel uitmaakt van een verdedigingslinie om de ingang naar Southampton te verdedigen. Het fort is oorspronkelijk gebouwd door Hendrik VIII en leek toen wel op een kasteel. Langzaam maar zeker zijn er steeds stukken aangebouwd en is het nu een langgerekt fort. We twijfelen of we het gaan bezichtigen. De tocht over de dam was best wel lang en het lopen op de kiezels niet comfortabel, maar er vaart een bootje terug naar het vasteland wat de tocht aanmerkelijk verkleint. We besluiten naar binnen te gaan.
Het beginnetje van Hendrik VIII maquette.... |
Het fort is groot en er staan 2 gerestaureerde kanonnen uit 1870. Het zijn zgn. 38 ponders. Als je naast deze giganten staat kun je je bijna niet voorstellen wat een kracht er vrijkomt als deze jongens in stelling worden gebracht en daadwerkelijk hun vernietigende kogels afschieten. Het geluid en de terugslag moeten enorm zijn geweest. De term ‘fabrieksdoof’ wordt hier in een belachelijk daglicht gesteld. Verder kijken we in allerlei kamers en ruimtes. Depots om, onder andere, de bommen op te slaan in de 2e Wereldoorlog. Benauwde kleine en donkere ruimtes, waar de gestalde materialen de nodige risico’s van hanteren met zich meebrachten. In elk gewelf is een kleine open haard, wat het geheel dan weer iets huiselijks geeft.
Kenonne.....Wat een groot kanon was dat! |
Tijd om het hogerop te zoeken, dus we klimmen een wenteltrap op, komen in de privé vertrekken van de hoge heren, daarna nog een trap, en komen dan op het dak van een ‘toren’. De doorgang naar buiten is maar 1,50 m. hoog en er hangt een bordje met “mind your head”. Ik zie het niet, maar gelukkig ben ik niet zo groot en ontsnap aan een pijnlijke botsing met het beton. Schoondochter echter, die het bordje ook heeft gemist, is nou net dat koppie groter dan ik en botst vol tegen het venijnige gesteente. Tranen springen in haar ogen en zoon troost haar met verve. Ze is even de kluts kwijt en zit er beteuterd bij. Ja, dat komt aan, zo’n fortje.
Een fornuis dat nog gerenoveerd moet worden. Het komt niet zo over, maar dit geval was toch wel 3 meter lang. |
Na alles zo’n beetje te hebben gezien gaan we naar het restaurantje, wat zich in een afgesloten ‘kanon-ruimte’ bevindt. Het weer is stralend, maar de wind koud en soms snijdend. Vol van zee, en dat gaat je niet in je kouwe kleren zitten, of wel...Het restaurantje is een heerlijk verwarmde oase. Het zal niet altijd kommer en kwel zijn geweest in deze gewelven. Wanneer het rustig was zal het best gezellig zijn geweest. Waarschijnlijk wel een strenge discipline maar genoeg te eten en warme vuren om de kilte te verdrijven.
Het menu is op een schoolbord geschreven en we bestellen thee en tosti’s. Het is even niet duidelijk en bijna hadden we met 5 koffie en 5 thee gezeten. Ik snel terug naar de balie en leg de bestelling nog een keer uit. Dan snappen we elkaar. De tosti’s mogen alles erop hebben, maar geen tonijn. Ik dacht dat er dan kaas, ham, komkommer en tomaat op zou zitten, maar nee...we krijgen met enkel ham, enkel kaas, bruin en wit brood door elkaar. We ruilen onderling, zodat iedereen een bruine boterham en een witte heeft. Eén met ham en één met kaas. Die kaas is zo lekker, dik en gesmolten...mmmmmm, dat gaat er wel in.
We hebben het hier wel gezien. Het is koud en we willen terug naar huis. In het fort hebben we een overzichtskaartje gezien en volgens manlief heeft het geen zin de boot te nemen, want dan moeten we nog een heel eind lopen. Dan maar weer gewoon terug over de dam. Iedereen loopt onderaan de dam in de luwte, maar ik loop bovenop. De wind suist om mijn oren, maar het grind is hier uiteindelijk beter begaanbaar dan onderaan. Het is een barre tocht en met het verstand op nul staar ik naar het doel, de piepkleine huisjes van Milford on Sea. Zo ver weg. Uiteindelijk worden de huisjes toch groter en komt het einde van deze wandeltocht in zicht.
Vanaf het dak van het oude gedeelte |