vrijdag 31 mei 2013

vakantie Engeland 2e dag

Hurst Castle vanuit de lucht gezien

  Verder op de landtong, in het verlengde van ‘ons’ strand, ligt Hurst Castle en de tocht naar dit bouwwerk lijkt wel te doen. Flink de sokken erin en over een ‘dam’ lopen we heerlijk in het zonnetje. Samen met schoondochter loop ik voorop en we praten de volle drie kwartier door. Ver achter ons loopt de rest. Telkens draaien we ons even om; volgen ze ons nog? Ja, dus. 

  In de verte zien we het bouwwerk wat uiteindelijk niet veel weg heeft van een kasteel. Het blijkt een fort te zijn dat deel uitmaakt van een verdedigingslinie om de ingang naar Southampton te verdedigen. Het fort is oorspronkelijk gebouwd door Hendrik VIII en leek toen wel op een kasteel. Langzaam maar zeker zijn er steeds stukken aangebouwd en is het nu een langgerekt fort. We twijfelen of we het gaan bezichtigen. De tocht over de dam was best wel lang en het lopen op de kiezels niet comfortabel, maar er vaart een bootje terug naar het vasteland wat de tocht aanmerkelijk verkleint. We besluiten naar binnen te gaan. 



Het beginnetje van Hendrik VIII maquette....




En zo ziet het er nu uit...





   Het fort is groot en er staan 2 gerestaureerde kanonnen uit 1870. Het zijn zgn. 38 ponders. Als je naast deze giganten staat kun je je bijna niet voorstellen wat een kracht er vrijkomt als deze jongens in stelling worden gebracht en daadwerkelijk hun vernietigende kogels afschieten. Het geluid en de terugslag moeten enorm zijn geweest. De term ‘fabrieksdoof’ wordt hier in een belachelijk daglicht gesteld. Verder kijken we in allerlei kamers en ruimtes. Depots om, onder andere, de bommen op te slaan in de 2e Wereldoorlog. Benauwde kleine en donkere ruimtes, waar de gestalde materialen de nodige risico’s van hanteren met zich meebrachten. In elk gewelf is een kleine open haard, wat het geheel dan weer iets huiselijks geeft. 



Kenonne.....Wat een groot kanon was dat!


'Romantisch' z'on open haardje...





  Tijd om het hogerop te zoeken, dus we klimmen een wenteltrap op, komen in de privé vertrekken van de hoge heren, daarna nog een trap, en komen dan op het dak van een ‘toren’. De doorgang naar buiten is maar 1,50 m. hoog en er hangt een bordje met “mind your head”. Ik zie het niet, maar gelukkig ben ik niet zo groot en ontsnap aan een pijnlijke botsing met het beton. Schoondochter echter, die het bordje ook heeft gemist, is nou net dat koppie groter dan ik en botst vol tegen het venijnige gesteente. Tranen springen in haar ogen en zoon troost haar met verve. Ze is even de kluts kwijt en zit er beteuterd bij. Ja, dat komt aan, zo’n fortje. 

Een fornuis dat nog gerenoveerd moet worden.
Het komt niet zo over, maar dit geval was toch
wel 3 meter lang.


  Na alles zo’n beetje te hebben gezien gaan we naar het restaurantje, wat zich in een afgesloten ‘kanon-ruimte’ bevindt. Het weer is stralend, maar de wind koud en soms snijdend. Vol van zee, en dat gaat je niet in je kouwe kleren zitten, of wel...Het restaurantje is een heerlijk verwarmde oase. Het zal niet altijd kommer en kwel zijn geweest in deze gewelven. Wanneer het rustig was zal het best gezellig zijn geweest. Waarschijnlijk wel een strenge discipline maar genoeg te eten en warme vuren om de kilte te verdrijven. 

  Het menu is op een schoolbord geschreven en we bestellen thee en tosti’s. Het is even niet duidelijk en bijna hadden we met 5 koffie en 5 thee gezeten. Ik snel terug naar de balie en leg de bestelling nog een keer uit. Dan snappen we elkaar. De tosti’s mogen alles erop hebben, maar geen tonijn. Ik dacht dat er dan kaas, ham, komkommer en tomaat op zou zitten, maar nee...we krijgen met enkel ham, enkel kaas, bruin en wit brood door elkaar. We ruilen onderling, zodat iedereen een bruine boterham en een witte heeft. Eén met ham en één met kaas. Die kaas is zo lekker, dik en gesmolten...mmmmmm, dat gaat er wel in. 

  We hebben het hier wel gezien. Het is koud en we willen terug naar huis. In het fort hebben we een overzichtskaartje gezien en volgens manlief heeft het geen zin de boot te nemen, want dan moeten we nog een heel eind lopen. Dan maar weer gewoon terug over de dam. Iedereen loopt onderaan de dam in de luwte, maar ik loop bovenop. De wind suist om mijn oren, maar het grind is hier uiteindelijk beter begaanbaar dan onderaan. Het is een barre tocht en met het verstand op nul staar ik naar het doel, de piepkleine huisjes van Milford on Sea. Zo ver weg. Uiteindelijk worden de huisjes toch groter en komt het einde van deze wandeltocht in zicht.

Vanaf het dak van het oude gedeelte

zaterdag 25 mei 2013

vakantie Engeland 1e dag


  .....We hebben een reisje gemaakt naar Engeland. Een week met de hele bups in een auto gepropt. Gezelligheid ten top natuurlijk. Het zou niet interessant zijn voor een ieder om elk voorvalletje te lezen, maar we hebben genoeg meegemaakt om een kleine selectie te maken. Een greep midden uit de 1e dag. Overtocht Calais/Dover/autorit naar Milford on Sea.......

Het bekende aanzicht
The white cliffs of Dover




Het eiland wat je ziet is Isle of White.



   De typisch Engelse kust van Dover komt in zicht en na wat foto’s te hebben geschoten gaan we naar beneden naar de auto. Het is weer even wennen met dat links rijden, maar al snel heeft manlief de draad weer te pakken. We zijn een uur eerder over en vader en dochter hebben besloten de toeristische route te nemen langs de kust. Dat valt een beetje tegen. De zee kun je niet zien, daar zit een betonnen wering voor en de weg is druk. Veel verkeer en er lijkt overal wel wat te doen. We schieten geen zier op.



Snoephuisje langs de weg
Zomaar...




  De uurtjes gaan doorwegen en we krijgen toch wel honger en stoppen bij een bar restaurant. Het is een modern spul met in het midden een grote bar voor een grote glazen wand met flessen. Ruim en licht. We krijgen een lunchkaart en de ober, een wat oudere spraakzame man, vraagt wat wij willen drinken. "Thee, ijsthee en koffie", antwoorden wij. 
  “IJsthee?” vraagt hij, “Wat moet ik me daarbij voorstellen?” Dit kennen ze hier schijnbaar niet. Hij mompelt even in zichzelf en zegt dan “IJsthee met citroen denk ik en...” schoondochter knikt instemmend en hij zegt dat hij wat gaat brouwen. 

De ijsthee
  We horen hem doormompelen achter de bar terwijl hij druk doende is met een klein theepotje. Wanneer hij eindelijk klaar is komt hij ermee aan tafel en legt precies uit wat hij heeft gedaan. 
  “Eerst een laagje gekookt water, dan de theezak erin, zodat de ‘flavours’ vrij kunnen komen in het hete water. Dan het zakje eruit. Aanvullen met koud water. Citroen erin.” Het glas zit vol met ijsblokjes en volgens hem moet er nu veel suiker in. Schoondochter proeft en knikt verbaasd en instemmend. Dat is precies goed. De man glundert niet, dat kun je het niet noemen, maar heeft een professioneel en waardig lachje om zijn mond. Meer van, zo zou het moeten, punt uit. Hij neemt onze lunchbestelling op en haast zich weer weg.

  Nu is het wachten geblazen. Het duurt best wel even en dan komt de hij nog even langs om te zeggen dat alles ‘homemade’ is en het zijn tijd nodig heeft.

  Dan komen de broodjes. Geen hard stokbrood, maar lekker knapperig. 
Gesmolten kaas en lekkere gesmolten roomboter. een genot om te verorberen. Daarna komt hij vragen of we nog 'in' zijn voor een toetje. Het ziet er allemaal geweldig uit op de kaart, maar gezien de reis die we nog voor de boeg hebben, slaan we af.

Het laatste stukje van de lekkerste brownie ooit
  We drinken het laatste restje thee en dan komt hij alsnog langs schuiven met zijn chocolade brownie. We moeten hem proeven. Gratis met de complimenten van de zaak. Die van Harrods, het beroemde warenhuis in Londen, waren de beste, maar deze kok benadert de smaak volgens hem. En inderdaad, de lekkerste die ik ooit op heb. Cake struktuur bovenop, overgaand in een zompige bodem, waar je tand afdrukken in te zien zijn. Dan is het toch echt tijd om op te stappen en we haasten ons naar de auto om de kilometertjes te gaan vreten.





Aan het strand op 5 min. lopen van ons huisje.
Zelfde plek, maar dan met de zon in de rug. De overkant is Isle of White





maandag 20 mei 2013

tuintje


  We hebben een tuin. Niet een hele grote tuin, maar we hebben een tuin.
Graag mag ik me vergapen aan andere huizen met andere, vooral grotere tuinen. Toch zou ik die van mij niet willen missen. Wanneer ik neerstrijk op onze eigen vierkante meters ben ik de koning te rijk, want al is ‘ie’ niet groot de seizoenen zijn er goed te volgen. Vogels zingen rondom, struiken en bloemen ontplooien zich aan mijn voeten. Straks, als de zomer zich zal laten zien, zoemen de bijtjes rond de lavendel. Vissen spartelen in de vijver. Alles in het klein, maar wel van ons en dat is fijn.



  Vorige week scheen de zon dat het een lieve lust was en samen met manlief zat ik achter in de tuin. Aan de schutting hangt een gedateerde kokosnoot met nog een laatste restje vet. Er komen twee mussen aanvliegen, verkennen de spot en verorberen mondjesmaat het vet. Jammer dat de camera binnen ligt. De noot hang nog geen twee meter bij me vandaan en ik zou zo graag die twee brutaaltjes vastleggen. Ik loop naar binnen en haal de plaatjes-schieter. “Ze zullen wel niet meer komen”, zegt manlief. Als ik later alleen zit, komt één van de twee, het vrouwtje, weer aanvliegen, kijkt mij even aan, ziet geen gevaar en pakt weer wat vet. Dan komt de andere, het mannetje, en pakt ook wat. Het valt me op dat ze het niet opeten, maar meenemen. Er wordt dus flink genesteld en er zijn mondjes te vullen.



  Vanochtend heb ik zeldzaam lang uitgeslapen. De digitale cijfers van de wekkerradio kleuren rood de tijd 9.36..... Beneden gekomen loop ik, zoals gewoonlijk, naar buiten. het regent minuscuul kleine druppeltjes. Alles ligt onder een filter van kleine pareltjes. Snel de camera erbij en amper uitgeslapen ga ik door de knieën om de wondertjes vast te leggen. Bijzonder zijn vooral de bloemen van de rododendron. Bij een normale regenval sneuvelen deze tere roze bloemen. Binnen een mum van tijd verandert de prachtige struik van een stralend middelpunt tot een snotterig roze massa. 








maandag 6 mei 2013

sparen


  Sparen, we doen het allemaal. We sparen voor de oude dag, via onze pensioenvoorzieningen. We sparen voor iets leuks, duurs, of praktisch...stel dat de wasmachine het begeeft.

  Laurens spaart ook. Elke week krijgt hij zakgeld van zijn moeder. Elke week 2 Euro. Hij vraagt dan of hij twee munten krijgt, twee munten van één Euro. Eentje om iets te kopen, en eentje om te sparen. 

  Van een WC rolletje heeft hij een spaarpot gemaakt. Hij heeft de boven en de onderkant dichtgeplakt en daarna heeft hij de rol met prachtig cadeau papier beplakt. In een folder vindt hij een plaatje van de doos van Lego die hij graag wil hebben. Het is een heel dure doos van wel bijna 100 Euro, maar hij is vastbesloten, die doos wordt van hem. Elke week gaat er weer een muntje in de spaarpot, die al aardig zwaar begint te worden, en elke week koopt hij een kleinigheidje van de andere euro. Soms wat snoep, en soms ook niets. 

  Als hij de etalage’s bekijkt van het winkelcentrum in het dorp, ziet hij bij de speelgoedwinkel een supergave voetbal. De bal is in de aanbieding en ziet er als echt uit. Als hij thuis komt, vraagt hij aan zijn moeder of hij de bal mag gaan kopen, maar moeder wil hem eerst eens even zien. Samen gaan ze naar het pleintje. Moeder vindt de bal toch best wel prijzig, en zegt dat Laurens nog een hele goed bal heeft. Jammerrrrr, denkt Laurens. 

  Als hij ‘s avonds in bed ligt denkt hij er nog eens over na. Hoeveel geld heeft hij eigenlijk nog in zijn portemonnaie zitten? Snel roets hij uit zijn bed en telt de muntjes. Hij komt maar tot de helft.....maar eh, wat zit er in zijn spaarpotje. De mooie doos is even vergeten en snel maakt hij de onderkant van de spaarpot open. De muntjes kletteren op zijn bureau. Het zijn er best wel veel, en ook een briefje plukt hij uit het rolletje. Van Oma gekregen voor zijn rapport. Dat is wel zonde om uit te geven, dus dat propt hij snel terug. Hij telt de muntjes en dan komt hij wel aan het bedrag. Wat er over blijft gaat terug in de spaarpot en Laurens plakt het bodempje weer dicht. Je ziet er niks meer van. 

  De andere dag gaat hij samen met moeder de bal kopen. Van zijn eigen spaargeld, dat wel, maar ergens in zijn achterhoofd voelt hij zich een beetje schuldig. Hoe moet het nu met die mooie Lego doos. Zou er nu wel genoeg geld zijn als het schooljaar straks echt voorbij is en zal Oma dan ook nog wat geld geven voor zijn eindrapport? Nou ja, hij heeft nu heel veel plezier van zijn supergave-echte voetbal en loopt glunderend op zijn vriendjes af en al snel gaat hij op in zijn spel.

  Het zijn de laatste dagen op school en de rapporten worden uitgedeeld. Laurens kan met gemak over en Oma doet weer een flinke duit in zijn spaarpotje. Samen met Moeder knipt hij de spaarpot open en samen tellen ze het geld. Het is niet genoeg.....Ondanks dat elke week een euro in het potje belande is het niet genoeg. Laurens trekt een lip en is teleurgesteld. Hij had zich zo verheugd op de zomervakantie en het in elkaar zetten van de auto en het spelen ermee. Had hij die voetbal nu maar niet gekocht. Had hij het potje maar dichtgehouden. Stom, stom...stóm.

  Moeder ziet de teleurstelling. Zij wist allang dat de spaarpot niet toereikend zou zijn.... zelfs met de extraatjes van Oma was het nog krap aan. Moeder pakt haar portemonnaie en legt nog wat munten bij de rijtjes die ze samen gemaakt hebben, en dan nog een briefje...

  Laurens kijkt op met een glimlach van oor tot oor. “Wauw!...dankjewel mam!”
En niemand was ooit zo blij met een doos van Lego.

Mattheüs 13:44.
Het Koninkrijk van de hemelen is net een schat die ergens in een stuk land ligt en door iemand wordt ontdekt. Die man stopt de schat vlug weer in de grond. Hij is zo blij dat hij alles wat hij heeft, verkoopt. Dan koopt hij het stuk land, met de schat erbij.

Laurens, dat zijn wij. We sparen en sparen, maar sparen we wel alles wat we sparen kunnen? Alles op alles zetten. Is het heil van ons af te zien?
Laurens, dat zijn wij. De moeder, dat is God.
Wanneer al onze spaarcentjes op tafel liggen, past God de rest erbij. In Jezus Christus wordt er niet geteld, er wordt een berg van genade over de tafel gestort.
Dat zouden wij uit moeten stralen.....mensen bevrijdt van zonden...mensen met het oog op de toekomst.....mensen wandelend in het levenslicht.